Stikstofbodemoverschot en bemesting

Laatste update: 18 december 2024 Update frequentie: Jaarlijks

In 2023 ligt het stikstofbodemoverschot op melkveebedrijven op 123 kg per ha en op akkerbouwbedrijven op 112 kg per ha

Deze indicator beschrijft de omvang van het overschot aan stikstof in de bodem, uitgedrukt in kg stikstof per ha. Het bodemoverschot is het gedeelte van de nutriëntenaanvoer in de bodem dat niet door het geproduceerde gewas wordt opgenomen. Dit blijft onbenut in de bodem en kan gevoelig zijn voor uitspoeling richting het grondwater. Naast uitspoelen kan de stikstof die over is ook in de bodem worden opgeslagen of uit de bodem vervluchtigen (denitrificatie: omzetting naar gas). Het stikstofbodemoverschot wordt berekend als het overschot op bedrijfsniveau (de som van alle aanvoer minus de som van alle afvoer, inclusief veranderingen in voorraden) plus de aanvoer van stikstof via depositie, nettomineralisatie en fixatie minus het verlies aan stikstof via emissie bij toediening (organische mest en kunstmest), beweiding en uit stal en opslag. Het jaar 2023 is op basis van voorlopige cijfers.

Bodemoverschot

Grafiek wordt geladen...

In 2023 ligt het op melkveebedrijven op 123 kg per ha en op akkerbouwbedrijven op 112 kg per ha. Het jaar 2023 is op basis van voorlopige cijfers.

Bemesting akkerbouwbedrijven

Grafiek wordt geladen...

Op akkerbouwbedrijven is in 2023 bij de stikstofbemesting kunstmest met 101 kg N per ha het belangrijkst. De inbreng via dierlijke mest bedraagt 93 kg N per ha. Het jaar 2023 is op basis van voorlopige cijfers.

Bemesting melkveebedrijven

Grafiek wordt geladen...

Op melkveebedrijven is in 2023 bij de stikstofbemesting dierlijke mest met 216 kg N per ha het belangrijkst. De inbreng via kunstmest bedraagt 112 kg N per ha. Het jaar 2023 is op basis van voorlopige cijfers.